Skip to main content

Algemeen


Geschreven: 21 juli 2008
Aangepast: 09 februari 2022
Auteur: Dirk Swierstra †
Categorie: Algemeen

 

* Minnertsga 30 oktober 1851 - † Beers 1 februari 1928

 

Het lot van 'Alde Rinse'

 

Ze zijn er waarschijnlijk altijd al geweest: zwervers zonder een eigen dak boven het hoofd. Ooit trokken ze van dorp naar dorp en van plaats naar plaats. Het bezit van een sigarenkistje met wat mottenballen was voor het wettig gezag voldoende om hen als venter of als koopman aan te merken. Zonder handelswaar liepen ze een grote kans als landloper te worden opgepakt. De meesten bezaten kind noch kraai en konden op hun kop gaan staan, zonder dat er ook maar iets waardevols uit hun zakken viel. Al beschikten ze over wat handelswaar, in feite bleven ze zwervers. Dat zwerversleven bracht de meesten in een staat van vervuiling en verval; ze mochten dan zeep verkopen, zelf gebruiken deden ze het nooit.


Geschreven: 15 juli 2006
Aangepast: 02 oktober 2021
Auteur: Pim de Bie
Categorie: Algemeen

 

* Terneuzen 7 juli 1938 - † Amsterdam 25 oktober 1977

 

willink-dd_portretEen extravagante stoeipoes werd ze genoemd. Over zichzelf zei ze: "Ik leef in een sprookjeswereld van illusies en extravagantie. Ik ben een superpoes. Als men je niet opmerkt kun je net zo goed niet bestaan." En opgemerkt werd ze. Regelmatig kwam ze in de publiciteit door haar opmerkelijke gedrag en uitspraken. Door haar dure, buitenissige kleding en de opmaak van haar gezicht waarin het accentueren van haar ogen alle proporties te buiten ging.

Maria Theodora Mathilde (Tilly) de Doelder werd geboren in Zeeland als eerste van vijf dochters van zeeman P.J.B. de Doelder en zijn echtgenote E. Cavé. Op haar 19e gaat ze naar Amsterdam waar ze in 1961 kunstschilder Carel Willink (1900-1983) ontmoet. Een superpoes noemt hij haar, een mooi ding om in huis te hebben. Ze trouwen in 1969 en hun verschijning als extravagant kunstenaarsechtpaar neemt groteske vormen aan. Mathilde hult zich in de dure, onconventionele kleding van modeontwerpster Fong Leng en baart daar veel opzien mee. Mathilde vertoont veel kuren, heeft hysterische buien en is zeer veeleisend. Beu van haar grillen houdt Willink het na een 14-jarige relatie voor gezien. Hij ontmoet andere vrouwen en wil met één daarvan verder. Mathilde moet het veld ruimen. De scheiding wordt in 1977 uitgesproken. Ze is desperaat en zoekt wanhopig naar een nieuwe man waarmee ze haar luxe leventje kan voortzetten. Anton Heyboer is al ruim van vrouwen voorzien en Salvador Dali gaat niet in op haar avances. Uiteindelijk geeft autohandelaar en drugsdealer Gerard ("Dicky") Vittali haar weer terug waar ze niet meer buiten kan, een leven vol luxe en buitenissigheid. Lang heeft ze er echter niet van kunnen genieten. Op 25 oktober 1977 wordt ze dood op haar hemelbed gevonden, een pistool in haar rechterhand. Haar dood is gehuld in een waas van geheimzinnigheid. Volgens het rechercherapport is er sprake van zelfmoord. Door de vele tegenstrijdigheden wordt dat door anderen in willink-dd_begrafenistwijfel getrokken. En niet door de minsten. Politiecommissaris Torenaar bijvoorbeeld geloofde niets van een zelfmoordthese. Mathilde was rechtshandig terwijl de kogel in haar linkerslaap zat. Fysiek gezien een moeilijke combinatie. Haar lichaam vertoonde sporen van een worsteling, er waren schrammen en 2 gebroken ribben. Bovendien bleek het wapen in de Amsterdamse onderwereld als besmet beschouwd te worden; het was in eerdere aanslagen gebruikt. Hoe kwam ze aan dat wapen? Nog steeds is haar dood met raadsels omgeven.

willink3Op 31 oktober 1977 vangt om 14.30 uur in de aula van de Amsterdamse begraafplaats Westgaarde de uitvaartplechtigheid aan. Het wordt een onwaardige en chaotische vertoning die tot aan het graf voortduurt. Haar lichaam wordt neergelaten in graf AAA-4-194. Pas veel later, op 21 oktober 1987, wordt een roodbruine, geaderde grafsteen geplaatst waarop alleen haar voornaam is vermeld.

Als in 2003 de rechten verlengd moeten worden blijkt de rechthebbende niet te traceren. Op 16 februari 2004 wordt de zerk verwijderd. Kort daarna willink2besluit Westgaarde het graf als monument aan te merken. Nog dezelfde maand wordt de steen herplaatst.

 

Literatuur

  • Jouke Mulder: Willinks waarheid (1983)
  • Peter R. de Vries: Uit de dossiers van commissaris Toorenaar (1985)
  • Joop van Loon: Mathilde Willink (1997)
  • Thomas Ross: Mathilde (2003)

 

 

 


Geschreven: 21 juli 2003
Aangepast: 22 december 2020
Auteur: Marten Mulder
Categorie: Algemeen

 

* Kalkar (hertogdom Kleef) 1529 - † Pieterburen 2 juni 1597

 

Een Geus in Pieterburen

 

Laat in een gesprek de naam Pieterburen vallen en al spoedig komen zeehonden en wadlopen ter sprake. Tuinfanaten weten van het bestaan van "Domies Toen" (de tuin van de dominee) vanwege de bijzondere bloemen en zeldzame planten in die tuin. Tussen deze tuin en de begraafplaats van Pieterburen bevindt zich een juweel van een gotische kerk uit de 15e eeuw. De toren is echter van veel later datum en stamt uit het begin van de 19e eeuw. Boven de ingang lezen we:

AO 1805 HEEFT JR. GOOSEN GEURT ALBERDA, HR. VAN DYKSTERHUIS ENZ. ENZ., DEZE TOREN LATEN BOUWEN. HARMANNUS HAVINGA, KERKVOOGD EN SCHOOLMEESTER TE PEETERSBUREN, HEEFT OP DEN 20 MEI DE EERSTE STEEN GELEGD. M. WALLES VAN GRONINGEN IS ARCHITEK HIEROVER GEWEEST. RINE PIETERS, HARM TINKELES EN DREWS LEVI HEBBEN HET WERK VERVAARDIGT.


Geschreven: 28 juni 2003
Aangepast: 04 mei 2021
Auteur: Pim de Bie
Categorie: Algemeen

 

* Gorinchem 9 november 1909 - † Purmerend 13 mei 1966

 

Graf H.M. van RandwijkHendrik Mattheus (Henk) van Randwijk werd in een streng gereformeerd gezin als 4e van 6 kinderen uit vaders tweede huwelijk geboren. Vader Hendrik, tuinder, had uit een eerste huwelijk met Johanna Elisabeth van Veldhoven 8 kinderen waarvan er 1 na 5 maanden was overleden. Na de dood van zijn eerste vrouw in 1902 trouwde hij in 1903 met Dingena Baardman. Uit dit huwelijk kwamen 6 kinderen voort waarvan er 1 op 5-jarige leeftijd stierf.

Na de School met de Bijbel in Gorcum te hebben bezocht begon Henk van Randwijk in 1923 aan een opleiding tot onderwijzer aan de Christelijke Kweekschool in Gorinchem doch een jaar later ging hij bij zijn vader in de tuinderij werken. Ook dat duurde slechts een jaar, terug naar de kweekschool waar hij in 1928 zijn studie afrondde en in 1930 zijn hoofdakte behaalde. Van 1928 tot 1937 gaf hij les aan de christelijke lagere school Rehoboth in Werkendam. Zijn salaris bedroeg f 30,- (€ 13,65) per maand.