Maastricht - Familiegraf Roovers-Vollmer op de R.K.-begraafplaats Oostermaas

08 november 2009

Nederland kent enkele tientallen particuliere familiebegraafplaatsen. Solitair gelegen in bos of weide geven ze vorm aan het funeraire landschap. Veel adellijke families hebben voor zichzelf een aparte plek gecreëerd in de nabijheid van hun kasteel of buitenplaats.

Vaak ook vinden we speciale familiebegraafplaatsen op een kerkhof of begraafplaats. Dan zijn het soms kleine groene oases in een verder versteende wereld of zijn het machtige kelders die het oog direct naar zich toetrekken. Er zijn er ook die nauwelijks opvallen en wegvallen in het geheel van zo'n begraafplaats. Eén die niet wegvalt in het geheel van de begraafplaats is het familiegraf Roovers-Vollmer op de rooms-katholieke begraafplaats Oostermaas te Maastricht. Een berkenlaan leidt naar een opvallende rotspartij. Door de verschijningsvorm denken velen dat dit de Calvarieberg van de begraafplaats is, maar in werkelijkheid is dit het grafmonument dat Arthur Roovers voor zijn familie liet bouwen.

De familie Roovers

De naam Roovers zal in Maastricht voor velen niet onbekend in de oren klinken. Bijna een eeuw lang kende men de textielhandel Roovers en ook in het bedrijfsleven en het (katholieke) verenigingsleven was de familie niet geheel onbekend.
Het geslacht Roovers waar we het hier over hebben, vindt zijn oorsprong in Dinther, niet ver van Den Bosch in Noord-Brabant. Twee broers, Jan en Hendrik Roovers, vestigden zich in de achttiende eeuw nabij Waalre als landbouwers. Een van de zoons van Hendrik Roovers vertrok rond 1790 naar Gerdingen, een dorpje niet ver over de grens in Belgisch Limburg. Deze Arnoldus trouwde in Gerdingen met de uit Bocholt (Belgisch Limburg) afkomstige Joanna Vrancken. Naast landbouwer was hij in de Franse tijd ook burgemeester van het kleine dorpje. Hoewel Arnoldus aan het eind van zijn leven weer terugging naar Valkenswaard, zette zijn zoon Laurentius in België zijn leven voort. Hij huwde in Bocholt met Maria Cecilia Schrijvers, een burgemeestersdochter. Het gezin ging ook in Bocholt wonen en liet daar in 1824 een eigen huis bouwen. Laurentius was in Bocholt een geziene ingezetene als tapper en koopman. Het gezin kreeg negen kinderen van wie een aantal zich dienstig maakten aan de kerk, terwijl Jan Hendrik Roovers, hun vijfde kind zijn vader opvolgde als koopman. Jan Hendrik werd geboren op 8 september 1830. Hij kreeg een opleiding aan het Kollegie (Stadscollege, later Koninklijk Atheneum) in Tongeren. Na enige omzwervingen vestigde hij zich in 1850 aan het Vrijthof in Maastricht. Daar grossierde hij in textiel. Het moet hem niet slecht afgegaan zijn want in 1863 richtte hij de firma J.H. Roovers op die een eigen pand in de Platielstraat betrok. Op zijn 46ste trouwde hij in Thorn met de uit Mierlo afkomstige Maria Joanna Elisabeth Alberts. Na het huwelijk betrok het paar een woning in de deftige Breedestraat in Maastricht. Het gezin kreeg vijf kinderen. De twee zoons Arthur en Jean Henri (roepnaam Harry) volgden hun vaders voetsporen in de familiezaak. Arthur zette in 1896, na het overlijden van zijn vader, de zaak voort terwijl zijn jongere broer beherend vennoot werd.

Arthur Roovers

Arthur Roovers werd geboren op twee december 1877. Al op jonge leeftijd, hij was toen 19 jaar oud, zette hij de familiezaak voort. Arthur moet een man van de wereld zijn geweest, wiens hart ook lag bij het kerkelijke leven. Hij had een ware kunstenaarsziel en was vooruitziend in zijn ideeën. In september 1906 trouwde hij met de eveneens zeer kunstzinnige Ottilie (Ottie) Christine Vollmer, afkomstig uit Bremen. Het burgerlijk en kerkelijk huwelijk voltrok zich in Bremen, waarna het paar zich vestigde in villa 'Weltevreden' aan de Heugemerweg 21, destijds nog gemeente Heer. Aldaar werd op 26 oktober 1907 hun eerste kind geboren; Caecilia Maria Roovers, de latere concertzangeres. In de villa aan de Heugemerweg werden nog drie kinderen geboren. De overige zes kinderen werden geboren in 'Villa Providentia' die Arthur in 1912 had gekocht. Deze villa stond aan de Scharnerweg in de gemeente Amby, later Maastricht.
Het moet er genoeglijk aan toe gegaan zijn in het grote huis. Er werd in het huis gemusiceerd, voorgedragen en er heerste altijd een uitbundige en vrolijke stemming, iets wat ook de nog levende kleinkinderen zich goed kunnen herinneren. Moeder Ottie was altijd opgewekt, maar ook streng en gedisciplineerd. Vader Arthur was een zachtaardig, maar ook een creatief, romantisch en avontuurlijk persoon. Arthur en Ottie waren beiden zeer muzikaal. Samen met zijn broer Harry richtte Arthur in 1901 de (nog steeds bestaande) Avanti Kapel op. Hierin speelde Arthur piano en gitaar en Henri piano en cello.

Arthur had wellicht een voorliefde voor de in die periode nog gangbare Romantiek, waarvan de werken van de schilder Caspar David Friedrich een illuster voorbeeld vormen. Die romantische ziel was ook verantwoordelijk voor de wijze waarop hij dacht over de dood. Al in de jaren twintig, toen hij dus nog maar 43 jaar was, dacht hij na over hoe hij na zijn dood zou voortleven. Door zijn relaties in het Maastrichtse zal hij ook contacten hebben gehad met pastoor Jacobs die in 1923 de parochie Onze Lieve Vrouwe van Lourdes opzette in het stadsdeel Wijck. De wijk Wittevrouwenveld in Wijck groeide in die tijd uit tot een volwaardige woonwijk en had behoefte aan een eigen parochie. De villa stond in het gebied van de nieuwe parochie, dus de contacten zullen nauw zijn geweest. Na de nieuwe kerk in 1924 volgde in 1928 een eigen begraafplaats: Oostermaas. Die werd aangelegd omdat enerzijds de begraafplaats aan de Tongerseweg te ver weg was, maar ook omdat er bij hoog water problemen ontstonden om de Maas over te komen. Hoe dan ook, Arthur had zo zijn eigen bedoelingen met de begraafplaats en wist precies wat hij wilde. In overleg met de parochie kreeg hij op Oostermaas een stuk grond ter beschikking om er zijn familiegraf aan te leggen. De grafrechten werden voor eeuwig uitgegeven. Op het stukje grond, van pakweg 350 m2, liet hij in 1930 een zeer bijzonder en uniek monument neerzetten.

Kiekje uit familiealbum Roovers 1933Arthur zette zich tot zijn dood ook op andere gebieden in, zeker ook binnen de katholieke kerk. Zijn inzet werd ondermeer beloond met het Erekruis pro Ecclesia et Pontifice, een pauselijke onderscheiding die hen ten deel valt die zich minstens 25 jaar ten dienste hebben gesteld voor het katholieke geloof. Hij deed dat ondermeer als president der Vincentiusconferentie [1]. In 1941 overleed Arthur Roovers op 63-jarige leeftijd. Het textielbedrijf werd daarna voortgezet door zijn broer Harry en zijn zoon Paul. Later kwam daar ook nog Henri Roovers, de zoon van Harry bij. Drs. Henri Roovers was ook actief in de Maastrichtse politiek. Zo was hij ondermeer CDA-wethouder en loco-burgemeester van Maastricht.
De prachtige villa aan de Scharnerweg, met zijn enorme tuin, is helaas in de jaren zestig van de vorige eeuw gesloopt. Ter plekke herinneren alleen nog een aantal grote beuken aan de voormalige tuin. 

Het familiegraf

Arthur Roovers was ook een diep religieus en godvruchtig mens en geloofde in een leven na de dood. Hij wilde met dit familiegraf een lofuiting en dankgebaar maken naar God. Het is ook een dankgebaar naar zijn vrouw en alle tien kinderen in wie hij wilde voortleven. Om dat alles tot uiting te brengen, liet hij per trein een aantal forse rotsblokken uit de Ardennen aanvoeren. Hiermee liet hij een hoge, monumentale rotspartij opbouwen. In deze rotspartij is wel een vergelijking te zien met sommige schilderijen van de Duitse schilder Caspar David Friedrich (1774 - 1840). Ook doet de rots, bekroond met een houten kruis, denken aan het graf van Jezus. Aan de voorzijde van de rots is in koperen letters de tekst 'In Pace' aangebracht, met daarboven het Christusmonogram met links en rechts een verwijzing naar de tekst uit Openbaring 22:13: "Ik ben de alfa en de omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde". Aan de voet van de rots is een vlakke tekststeen aangebracht. Rondom de rots creëerde hij met enkele bomen en struiken (wellicht met stekjes van zijn schoonouders uit Bremen) een tuin, die zoals die van villa 'Providentia' aan de Scharnerweg, uit zou groeien tot een paradijselijk oord. De paden werden begeleid door kleinere ruwe blokken steen. Een breed pad voert vanaf de begraafplaats naar dit eigen plekje.

De eerste die hier begraven werd, was een zus van Arthur Roovers. Jeanne Marie Augustine stierf op 14 juli 1941 en werd bijgezet in het familiegraf. Niet lang daarna werd de stichter zelf bijgezet. Arthur stierf op 8 november 1941. Zijn vrouw was de volgende die bijgezet werd. Zij stierf in 1968. Daarna zijn nog zes kinderen en enkele aangetrouwde leden van de familie bijgezet op de familiebegraafplaats. De laatste begrafenis vond plaats in 2009. Enkele jongere grafmonumenten die bij de rots werden geplaatst, detoneren enigszins qua uiterlijk, maar dat moet in de toekomst veranderen.

Stichting

Het familiegraf op begraafplaats Oostermaas te Maastricht, bestond in 2008 precies 80 jaar. De nazaten van Arthur Roovers zijn daar zeer trots op. Het grafterrein werd tot voor kort onderhouden door de parochie, steeds bijgestaan door enkele toegewijde kinderen van Arthur Roovers. Met het klimmen der jaren bleek dit echter, op steeds meer bezwaren te stuiten. Om de plek niet zo maar aan haar lot over te laten, uit respect en bewondering voor de stichter van het familiegraf, is besloten een stichting op te zetten. Die heeft het doel het grafmonument te beheren in de geest van de stichter, de verwaarlozing tegen te gaan en gebruik te blijven maken van de grafrechten. Drie kleinkinderen van Arthur Roovers hebben in juni 2007 de Stichting Providentia opgericht. Onder regie van de stichting wordt sindsdien gewerkt om het achterstallig onderhoud aan te pakken en een plan op te stellen voor het toekomstig onderhoud. Inmiddels zijn oude, verwaarloosde en verwilderde begroeiing en uitstekende boomstammen weggehaald. Voor de familiebegraafplaats is vervolgens een nieuw plan opgesteld, waarin ook een tiental graven opgenomen zullen worden. De tuinarchitect Han Njio maakte hiervoor een ontwerp. Met enige aanpassingen is dit ontwerp vanaf 2009 in uitvoering gebracht. De kosten hiervoor werden ondermeer uit eigen middelen betaald, maar ook door een bijdrage van het Prins Bernhard Cultuurfonds.

Het plan Han Njio

Het familiegraf anno 2009Han Njio stamt uit een Maastrichtse, kunstzinnige familie en heeft affiniteit met de ideeën en uitgangspunten die het bestuur over de herinrichting van de familiebegraafplaats heeft. Hierbij wordt uitgegaan van het ontwerp zoals dat Arthur voor ogen stond toen hij het graf voor zijn familie creëerde. De plek dient qua karakter en sfeer ingetogen, sober, schilderachtig, romantisch en tijdloos te worden. Het moet een rustpunt en een droomplek worden waar de geest van de familie voelbaar wordt.
In het ontwerp van Njio wordt de sfeer van een bos geschapen, waar het licht doorheen kan spelen. De monumentale rotspartij wordt als centrale plek gerespecteerd. Het deel van de tuin achter de rotspartij wordt bij het geheel betrokken. Beplanting moet het geheel visueel afschermen van de buitenzijde. Vóór de reeds bestaande hagen komt een lossere aanplant van verschillende soorten hoge struiken. Die struiken kunnen als het ware als een coulisse dienen voor de rots. Achter de rots wordt een beschutte plek gecreëerd waar ruimte is voor een aantal nieuwe graven. In het ontwerp worden ook de paden en de steenformaties meegenomen zodat het geheel weer een passende sfeer uitstraalt. Hier en daar worden enkele zitjes gecreëerd om in alle rust te kunnen mijmeren bij het familiegraf.

Monument

Het is duidelijk dat het familiegraf Roovers-Vollmer, zowel qua opzet als qua voorkomen redelijk uniek is in Nederland. De gemeente Maastricht gaat dit feit erkennen in de vorm van aanwijzing van de gehele begraafplaats als gemeentelijk monument. De stichting en de parochie zullen zorg dragen voor het behoud van dit bijzondere monument, dat voor de gehele begraafplaats een ware parel in de kroon vormt.

 

Met dank aan Cecilia Paulussen.

 

Literatuur

  • Burg, V.A.M. van der; "Het voor- en nageslacht van een Maastrichts 19e eeuws koopman Jan Hendrik Roovers (1830-1896)", in: Gens Nostra, maandblad der Nederlandse genealogische vereniging, jaargang XXIX, No. 4/5 april/mei 1974.
  • Burg, V.A.M. van der; 'Genealogie familie Roovers', in: Bijblad van De Nederlandsche Leeuw, Deel 8, Den Haag 1986.
  • Noten, Huub, Tuinen van stilte, Maastricht 1998.

 

Noot

  1. De Vincentiusvereniging is van oudsher een vrijwilligersorganisatie op het gebied van maatschappelijke dienstverlening. De vereniging is voornamelijk lokaal georganiseerd: midden in en vanuit de gemeenschap. Directe en persoonlijke hulp staat daarbij centraal. Waar mogelijk tracht de Vincentiusvereniging de situatie van de mensen structureel te verbeteren. Vanwege regionale verschillen leggen de afzonderlijke afdelingen in het land eigen accenten in de activiteiten. Die zijn zo breed en divers dat het voor vrijwilligers niet moeilijk is taken op niveau te vinden die voldoening bieden. De meeste leden en medewerkers zijn jarenlang betrokken bij de vereniging. De eerste conferentie van de Vincentiusvereniging-Nederland werd op 10 februari 1846 opgericht.

 

 

 

Aangepast: 23 december 2020

Nieuw op de website