De dood en begrafenis van Peter Ton

09 juli 2008

Vanaf juni 1940 waren geüniformeerde leden van de NSB, waaronder veel leden van de WA (Weerbaarheidsafdeling), vrijwel dagelijks betrokken bij ongeregeldheden die ontstonden tijdens of na afloop van marsen en demonstraties. Soms was alleen al het verschijnen van de zwartgeüniformeerde WA-leden genoeg om een vechtpartij te doen ontstaan.

Op zaterdagmiddag 7 september 1940 marcheerden zo'n tweehonderd leden van de Nationale Jeugdstorm onder begeleiding van enkele WA-mannen door Den Haag naar een kringhuis van de NSB in de Balistraat. Daar bijna aangekomen, kwam een fietser, al dan niet opzettelijk, met een meisje van de Jeugdstorm in botsing en begonnen ook hier ongeregeldheden. WA-mannen tuigden de fietser af, waarna omstanders hem ontzetten. Passerende Duitse militairen kwamen vervolgens de WA-mannen te hulp. Politieagenten zagen zich genoodzaakt hun wapens te gebruiken en vuurden enkele waarschuwingsschoten af. Enkele NSB-ers werden geraakt in het tumult dat daarbij ontstond, waaronder WA-man Peter Ton. Hij bleek in het hoofd te zijn geraakt. Ton werd afgevoerd naar het ziekenhuis, waar hij 's avonds overleed.  Al vrij snel na de schietpartij werden de politieagenten gearresteerd. Officieel stierf Ton aan de gevolgen van het schot. Omdat alleen de Duitsers sectie hebben verricht op het lichaam, blijft de mogelijkheid open dat Ton door een verdwaalde kogel uit een Duits wapen werd getroffen en niet een uit een Nederlands wapen.

AnsichtkaartAnsichtkaart

Peter Ton was van eenvoudige komaf. Hij was geen hoogvlieger en omdat zijn vader al op jonge leeftijd stierf, was het Peter die in het gezin Ton voor de inkomsten moest gaan zorgen. Van een opleiding was geen sprake meer. Na een aantal jaren op kantoor te hebben gewerkt, werkte hij de laatste jaren als magazijnmeester op een metaalfabriek. In 1933 werd Ton lid van de NSB. Hij werd blokleider en lid van de WA.

Ton werd een martelaar voor de NSB, hij was de eerste NSB-er die tijdens de bezetting om het leven kwam. Het WA-vendel waartoe hij behoorde kreeg zijn naam. Zijn begrafenis moest een grootse demonstratie worden. Anton Mussert riep WA-mannen uit het hele land op naar Den Haag te komen en gelaste hun werkgevers hen een dag verlof te geven met behoud van loon.

De dood van Peter Ton was voor Mussert aanleiding om zijn invloed binnen de politie en justitie te borgen. Tenminste zo deed hij voorkomen in de pers. Mussert was niet tevreden met het ontslag van de Haagse hoofdcommissaris en de betrokken politieagenten door Rauter, maar eiste ook dat de Haagse procureur-generaal werd vervangen door Robert van Genechten, hoofd van de afdeling vorming binnen de NSB. Het waren echter de Duitse bezetters die min of meer toevallig op dat moment een aantal organisatorische wijzigingen doorvoerden. Mussert maakte meer gebruik van de dood van Ton voor propagandadoeleinden. Zo schreef hij in antwoord op de dood van Ton in Volk en Vaderland, het weekblad van de NSB: "Als aanvullend antwoord besluit ik hierbij tot de oprichting van de "Nederlandsche SS", een zustercorps van de Duitsche SS die tot uiting zal brengen de bloedverbondenheid van het Nederlandsche volk met het Duitsche volk en de hooge waarde die wij Nederlandsche nationaal-socialisten toekennen aan de oude ridderlijke deugden van moed en eer en trouw. Zij die komende uit dit korps eens zullen toetreden tot de politiekorpsen zullen waarborg zijn dat misdaden als in Den Haag gepleegd in de toekomst tot de onmogelijkheden zullen behooren.

De uitvaart en begrafenis

De dag voor de begrafenis werd de kist met het lichaam van Peter Ton met veel vertoon van het ziekenhuis aan de Zuidwal naar het Willem de Zwijgerhuis aan de Zeestraat gebracht. Voorop ging hopman Van Leeuwen, waarna een vaandrig van de WA volgde met een zestal jeugdstormers en zestien weermannen. Daarop volgde de lijkwagen, geflankeerd door zes WA-mannen. De kist was bedekt met de NSB-vlag en de WA-muts van Peter Ton. Na de wagen volgden weer zestien weermannen onder leiding van een vaandrig. In de Zeestraat hielden marechaussee's de toegestroomde menigte op afstand.

Peter Ton opgebaard in het Willem de Zwijgerhuis.Peter Ton opgebaard in het Willem de Zwijgerhuis.

In het Willem de Zwijgerhuis werd Peter Ton opgebaard in de, als rouwkamer ingerichte, grote vergaderzaal van het Willem de Zwijgerhuis. Voor de katafalk met daarop de kist lag een krans met witte bloemen en een wit lint met de tekst "Moeder en Zus". Duizenden mensen trokken langs de baar. Op de plek aan de Balistraat waar Ton werd neergeschoten werd een erewacht gehouden. Woensdag 11 september werd Peter Ton begraven. Duizenden mensen namen deel aan de rouwstoet, waarvan het grootste deel WA-mannen betrof die afkomstig waren uit alle delen van het land. Peter Ton werd begraven naast Von Lützow, die tijdens de meidagen van 1940 was geïnterneerd en tijdens transport door een Nederlandse militair werd doodgeschoten. 

"Tegen half een is de kop van den stoet reeds opgesteld in de Javastraat. De kameraden Scholte en Van de Water gaan vooraf; daarachter rijden vier marechaussee's te paard, waarna de Amsterdamse tamboers en hoornblazers volgen.
Dan komen de W.A.-stormvlaggen met de wachtmeesters en daarna de heerbanleider van Amsterdam en diens adjudant.
Een eindelooze rij van W.A.-mannen in formaties van 110 zijn daarachter opgesteld; zij staan stram in de houding en zijn blootshoofds.
Onder hen bevindt zich een aantal leden van het Amsterdamse politiecorps, in politie-uniform.
Hierna volgt de Nationale Jeugdstorm; tamboers en hoorblazers voorop en dan de N.J.S.-vlaggen met vlaggenwacht, waarachter de stormers en stormsters loopen. De jongens dragen de mutsen onder den linkerarm en allen zijn aan den linkerschouder van een rouwstrik voorzien.
Voor het Willem de Zwijgerhuis zijn de tamboers en hoornblazers opgesteld, waarachter het eerste Vendel, dat voortaan "Vendel Peter Ton" zal worden genoemd.
De bloedvlag der Beweging wordt uit het Willem de Zwijgerhuis gebracht en plechtig overgedragen aan kameraad Feldmeyer, die zich met de eere-wacht achter het "Vendel Peter Ton" opstelt, juist tegenover den ingang van het Willem de Zwijgerhuis.
De Leider, vergezeld door kameraad Van Geelkerken, komt te voet aan. Alvorens hij het Willem de Zwijgerhuis binnengaat, groet hij de bloedvlag.


[...]

Voor het huis rijdt een groote bloemenwagen, bestuurd door weerman Van Akkeren. Vele bloemstukken worden naar buiten gedragen en op den wagen geschikt.
Als dit geschiedt is, komt de zwarte platte wagen, door vier paarden getrokken, voor; de wagen, waarop het stoffelijk overschot van Peter Ton zal worden geplaatst.
Dan klinken commando's "Geeft acht" en "Brengt groet"; tromgeroffel wordt gehoord, hoorngeschal weerklinkt en langzaam wordt de kist naar buiten gedragen door de slippendragers, waaronder de kameraden Zeller en Polderman, persoonlijke vrienden van Peter Ton.
De vaandels en stormvlaggen nijgen, ieder staat met gestrekten arm gedurende den tijd waarin de kist, welke door de N.S.B.-vlag is gedekt, op den wagen wordt geplaatst.


[...]

De rouwstoet.De rouwstoet.

Dan gaat de wagen langzaam voorwaarts, de paarden worden geleid door vier weermannen.
Ter rechter en linkerzijde van den wagen gaan drie slippendragers; het zijn de hopman Van Leeuwen, kompaan Van Leeuwen, wachtmeester Tasseron, konstabel Hajeniers en de weermannen Klootwijk en Rooseboom. Zij waren het ook, die de kist naar buiten droegen.
In de volgkoets, welke bestuurd wordt door konstabel Giesekam, nemen plaats de Moeder en Zuster van Peter Ton; aan weerszijden van deze koets loopen de kameraden Bakkenes en Hager.
Dan volgt het tweede Vendel van Ban 6.
Hierachter begeeft de Leider zich in den stoet, die vergezeld is door de kameraden Van Geelkerken, Zondervan, Van Genechten, Rost van Tonningen en Van Haersolte.
Achter den Leider en gevolg komen het derde en vierde vendel van Ban 6.
Daarna begeven zich de vele Hoofdkwartierfunctionarissen, die zich in het Willem de Zwijgerhuis hadden verzameld, in den stoet. Het zijn o.a. de kameraden Ter Poorten, Van Vessem, Maarsingh, Von Bönninghausen en Koster.
Hierachter nemen de afgevaardigden van de N.S.D.A.P., het Duitsche Arbeidsfront, een stormvlag met zich voerende en de Hitler-Jeugd plaats. Een onafzienbare rij niet-geuniformeerde W.A. die zich in de Zeestraat had opgesteld, volgt dan in den stoet. Hierbij merken we leden van den Opbouwdienst op, matrozen en onderofficieren. Hoofdfunctionarissen van de politieke organisatie gaan daarna vooraf aan duizenden leden van de politieke organisatie, terwijl de stoet gesloten wordt door vier marechaussee's te paard.
"

In de Balistraat werd bij het kringhuis waar Peter Ton het leven liet een stilte van twee minuten in acht genomen. Vervolgens zette de stoet zich weer in beweging op weg naar Nieuw Eykenduynen, waar de stoet om drie uur arriveerde. De verschillende vendels van de WA en de Jeugdstorm stelden zich op om onder begeleiding van het lied 'Wij hadden een kameraad' de kist, bedekt met de NSB-vlag, te begeleiden naar de groeve.
Verschillende organisaties uit Nederland en Duitsland waren vertegenwoordigd bij de begrafenis. Als eerste sprak de algemene commandant van de WA, mr. A. Zondervan. Hij kondigde aan dat het vendel waarin Ton had gediend voortaan zijn naam zou dragen. Vervolgens hield Robert van Genechten een grafrede. Hier kwam het propagandistische karakter van de uitvaart duidelijk naar voren:

"Wij nationaal-socialisten vreezen den dood niet. Wij beseffen dat wij tegen invloedrijke machten hebben moeten vechten en dat wij dien strijd nog eenigen tijd hadden moeten voortzetten wanneer niet de Duitsche macht ons te hulp was gekomen. Thans zijn wij de tijden van terreur te boven. Wij zullen de macht in den staat overnemen en wij zullen voortaan de orde hier te lande handhaven."

Tot slot sprak Schuon, Kreisleiter der NDSAP in den Niederlanden. Vervolgens dankte Hopman van Leeuwen namens de familie alle aanwezigen. Na de plechtigheid defileerden duizenden WA-ers en Jeugdstormers langs het graf.

Bij de groeve.Bij de groeve.


Nog geen week na de begrafenis werden de agenten die betrokken waren bij de schietpartij in vrijheid gesteld. Dit zou gebeurd zijn nadat een verzoekschrift van de moeder en de zuster van Ton was binnengekomen, evenals van het vendel waarin Ton diende.

Op 15 september verscheen het eerste nummer van 'De Zwarte Soldaat', een blad voor de WA. Op de voorpagina een artikel over de moord op Peter Ton. Opvallend genoeg dateren zij de moord op zaterdag 31 augustus!

In Volk en Vaderland, 11 oktober 1940, verscheen een artikel waarin het dagblad "Ons Noorden" werd aangevallen. Het dagblad had namelijk twijfels geuit over de dood van Peter Ton. Ton zou "gewoon gestorven" zijn en niet zijn neergeschoten. Zijn dood zou als propaganda zijn gebruikt.

In het voorjaar van '41 werd een monument op het graf van Peter Ton geplaatst. Een foto verscheen in 'De Zwarte Soldaat'. Op het grafmonument de tekst: "In Gods vertrouwen - alles voor het vaderland."

Links het graf van Peter Ton, rechts het graf van Christiaan von Lützow. Kenmerkend voor beide grafmonumenten is de wolfsangel.Links het graf van Peter Ton, rechts het graf van Christiaan von Lützow. Kenmerkend voor beide grafmonumenten is de wolfsangel.

Uiteindelijk zou dit een tijdelijke begraafplaats moeten zijn voor Ton en ook voor Von Lützow. Van Genechten refereerde er al aan tijdens zijn grafrede voor Ton.
"Deze begraafplaats zal slechts voorloopig zijn, want eens hopen wij voor onze gevallen helden een nationale rustplaats in te richten, ons Nationaal Tehuis, dat wij zullen omplanten met die hoog ten hemel rijzende popels, met hun hartvormige ruischende bladeren, die zullen vertellen dat de harten onzer gevallenen voor ons Volk klopten, voor het Nederlandsche Volk, dat wij lief hebben."
Die plek zou moeten komen in Lunteren, waar de NSB een stuk grond op de Goudsberg had aangekocht in 1936.

Een jaar na de dood van Ton vond een herdenking plaats op de begraafplaats. Verschillende afdelingen en deputaties van het hoofdkwartier waren daarbij aanwezig. Tamboers en hoornblazers hadden hun instrumenten van rouwtekenen voorzien. Ook de moeder en zuster van Peter Ton waren aanwezig. Nije, streekleider van de Nationale Jeugdstorm, en Feenstra namens Mussert, spraken de menigte toe. Nadat bloemen waren gelegd door de aanwezigen werd de plechtigheid besloten met het Wilhelmus. Een jaar later zou weer een grootse herdenking plaatsvinden bij het graf van Ton.

Detail grafmonument Peter Ton.Detail grafmonument Peter Ton.Na de oorlog kwam het graf nog meerdere malen in het nieuws. In 1956 werden het graf van Ton en omliggende NSB-graven beschadigd. In de jaren '80 zag de Volksunie aanleiding om een demonstratie bij het graf te houden. Dit werd door de burgemeester van Den Haag verboden. 

 

Bronnen

  • Gedenkboek Peter Ton; Leiden 1940
  • 'Het incident in Den Haag - De begrafenis van het slachtoffer' in: Leeuwarden Courant, 12 september 1940
  • 'Uit de NSB - Een Nederlansche S.S. opgericht.' in: Leeuwarden Courant, 13 september 1940
  • 'Het incident in Den Haag - De politie-agenten in vrijheid gesteld' in: Leeuwarden Courant, 17 september 1940
  • 'Peter Ton-herdenking te 's Gravenhage' in: Leeuwarden Courant, 8 september 1941
  • Volk en Vaderland, Fotonieuws, Storm SS, De Zwarte Soldaat, Het Werkende Volk - Een fascinerende selectie uit de jaargangen 1933-1945. Samenstelling Leonard de Vries; Laren, 1973

Literatuur

  • Lou de Jong, Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog - Deel 4 Tweede Helft - Mei '40 - Maart '41; Den Haag, 1972

 

Aangepast: 02 maart 2024

Nieuw op de website