Neer - Munitie-ontploffing

19 december 2019

De bevrijding van Nederland kostte vele tienduizenden mensen het leven, zowel militairen als burgers. Maar ook als men bevrijd was, betekende het niet dat het gevaar geweken was. We zien daarvan door het hele land de sporen op begraafplaatsen en kerkhoven. In het bijzonder gaat het dan om kinderen die speelden met gevonden munitie, achtergebleven in het open veld of bij een opslag.

Kapel in Neer.Kapel in Neer.

Op begraafplaats Orthen in 's Hertogenbosch vinden we grafmonument dat een dergelijke tragische geschiedenis treffend verbeeldt. Het gaat om het graf van twee jongens die om het leven kwamen toen een gevonden granaat explodeerde. Het grafmonument laat de jongens zien, geknield bij een granaat, terwijl een gebogen engel met gespreide vleugels boven ze staat. Andere graven zijn minder goed herkenbaar, zoals in het Limburgse Neer. De plek waar de kinderen liggen begraven, bij de Mariakapel, speelde in de laatste maanden van de oorlog een belangrijke rol.Orthen, grafmonument voor twee kinderen.Orthen, grafmonument voor twee kinderen.

De bevrijding van Limburg

Op D-Day, 6 juni 1944, begon met Operatie Overlord de bevrijding van West-Europa. Enkele maanden later bereikten geallieerde troepen Nederland en op 12 september 1944 bereikten Amerikaanse troepen van de 30e infanteriedivisie het Limburgse grensdorp Mesch. Een dag later werd de aanval op Maastricht ingezet. Aan het eind van de maand was Zuid-Limburg weliswaar vrij, maar het grootste deel van de provincie was op dat moment nog bezet door Duitse troepen. Wel was de omgeving van Weert vrij dankzij de aanvoerlijnen die nodig waren voor Operatie Market Garden. En helemaal in het noorden was Mook bevrijd. Intussen versterkten de Duitse troepen langs de grens met Nederland de Siegfriedlinie, wetende dat het niet lang meer zou duren voordat de geallieerden de aanval op Duitsland in zouden zetten. De maanden daarna zou de strijd in alle heftigheid voortgezet worden. Op 26 november waren de Duitsers in heel Noord-Limburg teruggedrongen tot aan de Maas, op drie kleine gebieden na. Het was dan ook verre van rustig in Limburg met de frontlinie die dwars door een groot deel van de provincie van Milsbeek tot Susteren liep.

Een bijzondere begraafplaats

De Mariakapel in Neer vindt haar oorsprong mogelijk al in de zestiende eeuw. Uit die tijd dateren in elk geval het Mariabeeld op het altaar, het Mariabeeld dat vanouds in de nis in de voorgevel stond en het kruisbeeld dat vanouds tegen de achtergevel hing. De huidige kapel stamt volgens een gevelsteen uit 1711. De herbouw van de kapel destijds wordt in verband gebracht met de Spaanse Successieoorlog en de legering van duizenden Duitse soldaten in 1710 in Neer. De kapel kent dus al een lange geschiedenis en zou tijdens de bevrijding van het dorp in 1944 en 1945 een bijzondere plek innemen.

Eind november 1944 was de regio rond Neer bevrijd. Maar veel burgers bleven nog maanden verstoken van huis en haard nadat zij al eerder geëvacueerd waren. Zelfs het kerkhof van Neer kon niet gebruikt worden voor het begraven van haar doden. In de periode van november 1944 tot februari 1945 werden enkele tientallen doden van het dorp daarom begraven bij de Mariakapel aan de Leudalweg.

Een ontploffing

Graven aan de achterzijde van de kapelGraven aan de achterzijde van de kapelOp 8 januari 1945 werd Neer opgeschrikt door een enorme ontploffing. De Duitsers waren weliswaar uit Neer vertrokken, maar met achterlating van een grote hoeveelheid munitie op de beugelbaan bij het Patronaat. Aangezien de strijd aan de andere kant van de Maas nog voortwoedde en het dorp nog regelmatig onder Duits granaatvuur lag, was niemand bezig met het veiligstellen van het gebied. Ondanks het gevaar speelden kinderen buiten, onder meer in de omgeving van het Patronaat. Ook die fatale maandag.

Op het terrein ontplofte er een mijn, waarna een kettingreactie volgde en alle munitie ontplofte. Zeven kinderen kwamen om het leven: Hans Windhorst (7 jaar), Jan en Step Peeters (11 en 9), Ad en Jo Geenen (9 en 12), Pierre Geelen (9) en Hans Snijders. Drie kinderen raakten zwaargewond. Bij één van de kinderen die het ongeluk overleefde, moest een been worden afgezet en een ander kind zelfs beide benen. De overleden kinderen werden in stilte begraven onder het kruis achter de Mariakapel.

Neer, gedenksteen voor Jo GeenenNeer, gedenksteen voor Jo GeenenDe meeste doden die op de tijdelijke begraafplaats achter de kapel begraven lagen, werden na de oorlog herbegraven op het kerkhof in Neer, maar de kinderen bleven achter de kapel begraven liggen. Eén van de kinderen, Harrie Snijders uit Beegden, werd later in zijn geboortedorp herbegraven. Tegen de zijgevel aan de kant van de Leudalweg staat een kruis met de naam van Sjang Schreurs, de ‘Kapel-Köster’ die ook in januari 1945 is overleden en hier eveneens begraven ligt.

De kindergraven zijn een tragische herinnering aan de oorlogsjaren, maar tegelijkertijd is de plek waar ze nadien ook begraven bleven liggen een getuigenis van het geloof dat de ouders van de kinderen moeten hebben gehad.

Aangepast: 21 februari 2024

Nieuw op de website


Kollum – Protestants kerkhof

16 maart 2024
~Fryslân

Jacobs, Aletta

07 maart 2024
~Maatschappij

Als bloemen bij het graf - Rolde

07 maart 2024
~Als bloemen bij het graf

Lobith - Katholieke kerkhof

12 februari 2024
~Gelderland