Westernieland - Robbenjagers op het kerkhof

13 januari 2010

Ooit werd op het Wad intensief robbenjacht bedreven. Het dorp Westernieland kende daarin een eeuwenlange traditie. Terwijl in het naburige Pieterburen nu zeehonden worden opgevangen, is de discussie - we schrijven juli 2003 - over het afschieten van een bepaald quotum losgebrand. Teveel van deze dieren zou schadelijk zijn voor de visstand. Met deze discussie hield men zich niet bezig tot halverwege de twintigstee eeuw. Men oefende een beroep uit en hoefde daar niet geheimzinnig over te doen. Op het kerkhof van Westernieland leggen een paar grafstenen hiervan getuigenis af.

 De kerk van Westernieland met rondom het kerkhof.

Het dorp

Wanneer in de veertiende eeuw de eerste zeedijk is aangelegd vestigen bewoners zich op het "nieuwe land". Het dorp, dat ontstond bij Pieterburen kreeg de naam Mariaburen. Ook sprak men wel van 'In den Nijenlande'. Nog altijd zegt de Groninger Nijlaand als hij het heeft over Westernieland. Tijdens de Kerstvloed van 1717 stortte een kolkende zee zich over de dijken. Huizen en schuren verdwenen in de golven, mensen en vee werden verzwolgen. In Hunsingo - een van de historische Groninger landschappen -, waartoe ook Mariaburen behoorde, verdronken 1.942 mensen, 112 paarden, 6.610 koeien, 13.774 schapen en 805 varkens. Van Mariaburen bleef weinig over. De kerk hield het en ten oosten van de kerk werd het dorp herbouwd en kreeg de naam, die we nu nog kennen: Westernieland.

De kerk

De dertiende eeuwse kerk, waarvan de toren van later datum is, is in de loop der eeuwen met regelmaat verbouwd. In de kerk treffen we naast een preekstoel uit 1660 en een zogenaamde herenbank uit de zeventiende eeuw een aantal zerken uit de zeventiende en achttiende eeuw aan, voorzien van klinkende poëzie.
Van EIZO WYRZEMA, LID VAN DE PROVENCIALE STAATSVERGADERING, ZYL- EN DYKREGTER VAN WESTERNIELAND, OUDERLING EN MEDE COLLATOOR VAN EENRUM, die overleed in 1759, zegt het grafdicht:

HIER LEGT EEN EXEMPLAAR VAN DEUGD / VAN VREUGD, VAN REEDEN EN VAN ZEEDEN / EEN LANDMAN BOVEN VEELE / IN BOUWKONST UITGELEESEN / EEN ZANGER ZEER BERUCHT / IN THOONEN HOOG VERHEEVEN / EEN KROON VOOR 'T NAAGESLAGT / DIE EEUWIG WEL ZAL WEEZEN

Ook dominee Albertus Wiersema, die overleed op 28 januari 1806, valt een grafdicht op zijn zerk ten deel:

MEN VINDT IN DEZE GROT / HET STOFLYK OVERSCHOT / VAN WIERSMA, DIE WELEER / DEN STANDAARD VAN ZYN HEER / VOOR 'T VOLK VAN 'T NIELANDT / VEEL JAREN HEEFT GEPLANT / ZYN GEEST NAM HOGER VLUGT / EN SCHEPT NU RUIMER LUGT / TERWYL ZICH ONBEWUST / ZYN LYK HIER EENZAAM RUST / EN DOOR EEN STILLE HANT / ONTKIEMT IN SCHONER PLANT

Het is in deze kerk, dat op 15 oktober 1944 Frederik Jan Georg door zijn vader ds. De Jonge werd gedoopt. Op 30 augustus 1944 zag de cabaretier Freek de Jonge het levenslicht in de Weem (=pastorie) van Westernieland. 

Het kerkhof

Nu de restauratie van de kerk gereed is gekomen, komt ook het kerkhof aan de beurt. Grafmonumenten worden hersteld en de beplanting krijgt de nodige aandacht. Helaas verdwenen ook grafmonumenten. In de Landbouwhuishoudkundige Almanak van 1865 wordt nog melding gemaakt van een houten paal, die hier eens stond. Deze stond op het graf van Jan Pieters Bos, die op 16 april 1795 overleed. In een paar dichtregels werden zijn leven en dood samengevat:

HY KOCHT VEEL BEESTEN BY DE BOEREN / OM DIE NAAR HOLLAND TE VERVOEREN / DOCH NU IS HY VAN ALLES AF / EN LIGT HIER OP ZYN RUG IN 'T GRAF

Een paar zerken trekken de aandacht. Het zijn zerken van robbenjagers. Op de vangst van zeehonden stond per zeehond een premie en daarnaast leverde de huid voor de bontindustrie en de traan voor de zeep- en verfindustrie ook geld op. Een aantal mensen uit Westernieland leefde ervan, zoals Tjark Derks Visser, die, 92 jaar oud, op 24 juli 1871 stierf.Grafzerk voor  Tjark Derks Visser.Grafzerk voor Tjark Derks Visser.

Hij was sinds 1858 weduwnaar. Zijn twee zonen en hun vrouwen hebben, zoals het grafschrift vermeldt, "te zijner eer dezen steen alhier gelegd". Het grafdicht luidt:

Tot aan zijn vijf en vijftig jaren
Heeft hij de Wadden steeds bevaren
Zeehonden vangen was zijn werk
Bij vlijt en zuinigheid zoo sterk
Om zes en dertig jaar alhier
Te leven als oud rentenier

De afbeelding op de zerk toont ons een boot met 2 mannen, een roeier en een stuurman, die duidelijk de jacht hebben geopend op twee zeehonden.Detail op de grafzerk voor Tjark Derks Visser.Detail op de grafzerk voor Tjark Derks Visser.

De zerk van Jacob Tjarks Visser, die in 1873 overleed, toont een zeehond en een anker. Van hem wordt verteld, dat hij tegen zijn huis een ladder had staan en een stoel op de schoorsteen. Van daaruit had hij bij zwaar weer goed zicht op het Wad om te zien of er een schip in nood verkeerde. Wanneer dat het geval was, ging hij er met de boot op af om hulp te verlenen. Wellicht had het ook iets te maken met jutten.Detail grafzerk Jacob Tjarks Visser.Detail grafzerk Jacob Tjarks Visser. Voor de zeehondencreche in Pieterburen mag dit alles geschiedenis blijven. Om in een variant te spreken: "de dader ligt op het kerkhof".

 

 

Literatuur

  • Hulscher, H. e.a.: Westernieland, geschiedenis van kerk en dorp; uitgave naar aanleiding van gereedkomen van de kerkrestauratie 2001-2002
  • Pathuis, A.: Groninger gedenkwaardigheden; Van Gorcum, 1977
  • Hartman, T. e.a.: Groningen, Gids voor cultuur en Landschap; Profiel, 1994
  • Brood, P e.a.: Nieuwe Groninger Encyclopedie; REGIO-PRojekt, 1999
  • Teenstra, M.D.: Stads- en dorpskroniek Groningen / Friesland / Drenthe; Leeuwarden, 1974

 

Aangepast: 21 april 2024

Nieuw op de website