Guyot, Henri Daniël

16 juli 2004

 

Blegny, 25 november 1753 - Groningen, 10 januari 1828

 

echtpaar_GuyotHenri Daniël Guyot was telg uit een oud geslacht, dat afkomstig was uit Lotharingen. Hij werd geboren op 25 november 1753 te Trois Fontaines. Na onderwijs te hebben genoten aan de Latijnse school en het Atheneum te Maastricht, vertrok hij op 17-jarige leeftijd naar Franeker om aan de Hogeschool aldaar theologie te gaan studeren. In 1775 werd hij door de Waalse synode toegelaten tot de bediening van het Evangelie en kon hij zich door een gemeente laten beroepen. De Waalse synode behoorde tot de Nederduits-Gereformeerde Kerk (de latere Nederlandse Hervormde Kerk) en vertegenwoordigde de franstalige leden van de kerk. Deze franstaligen kennen we als Hugenoten, die sinds de herroeping van het Edict van Nantes in 1685 hun toevlucht hadden gezocht in de Nederlanden. De herroeping betekende het einde van hun geloofsvrijheid.

Op 9 februari 1777 werd Guyot predikant van de Waalse gemeente te Dordrecht. Vier jaar later, 13 mei 1781, vertrok hij naar Groningen als Waals predikant. Maatschappelijk zeer betrokken, nam hij deel aan activiteiten, die zich richtten op bevordering van vakbekwaamheid van de jeugd. Op een van zijn reizen maakte hij in 1784 in Frankrijk kennis met de abt De l'Epée. Deze abt was in 1760 in aanraking gekomen met twee doofstomme meisjes, die hij besloot op te voeden en onderwijs te geven. In zijn huis in Parijs begon hij een school, waar gebruik werd gemaakt van gebarentaal en een handalfabet. Bij deze abt volgde Guyot gedurende 10 maanden onderricht.

Teruggekeerd in Groningen, begon Guyot de leermethode, die hij zich eigen had gemaakt toe te passen op twee doofstomme kinderen. Vermogende Groningers ondersteunden hem financieel. Toen het aantal leerlingen toenam, werd besloten een vereniging van donateurs op te richten. Op hun eerste vergadering in 1790 viel de beslissing een instituut te stichten voor doofstommen. Guyot werd aangesteld als "Permanent Hoofd Directeur". In 1791 was hij ook nog actief betrokken in de oprichting van een departement van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen te Groningen. Van 1801 tot 1809 was hij schoolopziener met de opdracht te komen tot een nieuwe inrichting van het lagere schoolwezen in het Departement Eems. Intussen volgde er in 1804 een beroep naar de Waalse gemeente te Haarlem. Blijkbaar waren de functies goed te combineren.

Uiteindelijk is vanaf 1809 Guyot zich geheel gaan wijden aan het Doofstommeninstituut, dat inmiddels kon beschikken over een aantal panden aan de Beplante Markt in Groningen, nu Guyotplein geheten. De waardering voor Guyot kwam tot uiting in zijn benoeming in november 1814 tot "Professor honorarius". Daarnaast werd hij begiftigd met vele onderscheidingen, onder andere met een onderscheiding in de orde van de Nederlandse Leeuw.

Guyot overleed in 1828 en ligt begraven op de Zuiderbegraafplaats te Groningen.

 

Literatuur

  • 'Nieuwe Groninger Encyclopedie'; REGIO-Projekt Uitgevers, Groningen (1999)
  • 'Gedenboek der Hoogeschool te Groningen'; Dr W.J.A. Jonckbloedt (1864)

 

 

 

Aangepast: 23 december 2020

Nieuw op de website