Valkenswaard - Het oude kerkhof

09 juni 2014

Kerkakkers

In verschillende Brabantse dorpen kom je de benaming 'Kerkakkers' of 'Kerkakkerstraat' tegen. Het duidt op een verschijnsel uit de middeleeuwen, wat het beste beschreven kan worden aan de hand van wat archeologisch onderzoek op diverse plaatsen in Zuidoost Brabant heeft opgeleverd.

De begraafplaats in 1997 met zerken en calvarieberg (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (objectnr. 348.342).Rond 575 na Christus ontstonden nederzettingen op natuurlijke verhogingen in het landschap. Na 700 werd het gebied gekerstend en ontstonden de eerste kerkjes en christelijke kerkhoven. Rond 1200 veranderde de economie zodanig dat men de hogere, maar geïsoleerde plaatsen verliet en zich vestigde in lagere, aan de randen van beekdalen gelegen gebieden. Men 'verhuisde' de nederzetting, kerk en kerkhof geïsoleerd achterlatend in de akkers. Meestal verviel de kerk tijdens de protestantse tijd en werd uiteindelijk in de negentiende eeuw afgebroken. Soms bleef alleen de toren over, soms verdween niet alleen de kerk, maar ook het kerkhof, soms bleven de fundamenten in de grond achter, zoals op het Oude Kerkhof in Valkenswaard. In 1832 stond op het kadastrale minuutplan het omringende akkercomplex aangeduid als De Kerkakkers en het terrein waar de kerk stond werd eeuwen geleden al aangeduid als de Rösheuvel wat duidt op de vroegere natuurlijke verhoging in het landschap (rös = dialect voor grasplag of graszode). En het beschreven verschijnsel gold ook voor deze begraafplaats. Al in de zevende eeuw zou op deze plaats een nederzetting zijn ontstaan, waar omstreeks 1100 een begraafplaats kan zijn aangelegd en waar in de twaalfde of dertiende eeuw een kerk of kapel werd gebouwd. Al zijn er twijfels of het patroon dat op verschillende plaatsen in de Kempen archeologisch is aangetroffen ook voor Valkenswaard gold, zeker is dat kort voor 1500 hier de middeleeuwse kerk van Valkenswaard werd gebouwd, gewijd aan St. Nicolaas. Later werd de plaats verlaten, trok men onder andere naar de huidige Markt en bleef de Nicolaaskerk in de akkers achter, maar bleef men wel begraven op deze plek. De kerk in 1738, getekend door J. de Beijer (Bibliotheek en Prentenkabinet Prov. Genootschap van K. en W., Den Bosch)/De kerk in 1738, getekend door J. de Beijer (Bibliotheek en Prentenkabinet Prov. Genootschap van K. en W., Den Bosch).

Vier begraafplaatsen

Waar men nu spreekt van dè begraafplaats waren eens vier begraafplaatsen op deze plek, die via paden, bomen en poorten nog min of meer te herleiden zijn. Na de vrede van Münster in 1648 werd de Nicolaaskerk op de begraafplaats toegewezen aan de protestanten en werd het kerkhof als openbare begraafplaats gebruikt, waar ook katholieken werden begraven. Dat algemene karakter bleef ook toen in 1798 in de Franse tijd de kerk werd teruggegeven aan de katholieken, omdat zij met 1062 zielen in de meerderheid en de protestanten met 83 zielen in de minderheid waren. Vanwege de vervallen toestand van de kerk en omdat in 1860 aan de Markt een nieuwe Nicolaaskerk was ingewijd, werd vanaf 1860 de oude kerk afgebroken en viel in 1889 ook het laatste doek voor de toren.Op de begraafplaats herinnert ondermeer deze klinkerstrook aan het middeleeuwse kerkerf.Op de begraafplaats herinnert onder meer deze klinkerstrook aan het middeleeuwse kerkerf.

Door de groeiende bevolking groeide ook de behoefte aan uitbreiding van de begraafplaats. Een eerste uitbreiding van de begraafplaats vond in 1887 plaats aan de zuidzijde. In 1899 werd ten oosten van het kerkhof een stuk grond aangekocht en ingericht als R.K. Begraafplaats van de St. Nicolaasparochie. In 1900 kreeg ook de N.H. gemeente een eigen begraafplaats op het noordwestelijke deel van het oorspronkelijke kerkhof, terwijl het overblijvende deel algemene begraafplaats bleef. In 1920 was de bevolking van Valkenswaard zo toegenomen dat de Nicolaasparochie werd gesplitst en aan de Eindhovenseweg de parochie van de H. Antonius van Padua werd gesticht. Aangrenzend aan de begraafplaats van de Nicolaasparochie kreeg de Antoniusparochie een eigen begraafplaats. En zo waren er op dat moment vier begraafplaatsen op hetzelfde terrein. Al vrij snel voegden medio 1926 beide parochies hun begraafplaatsen samen. Na de oorlog groeiden Valkenswaard en het rijke Roomse leven door, er kwamen nog meer parochies, maar allen begroeven op wat nu het Oude Kerkhof wordt genoemd. In 1965 nam de gemeente de hele begraafplaats over, voegde nog een stukje toe, maar liet dan in 1970 ver buiten Valkenswaard een nieuwe begraafplaats aanleggen: Eikenhof aan de Sil. In 1975 werd de oude begraafplaats (informeel) gesloten; aanvankelijk vonden er alleen nog bijzettingen plaats, maar sinds 2012 kan er ook weer begraven worden.

Het aanvankelijke plan op den duur de hele begraafplaats te ruimen, is door de bemoeienissen van heemkundekring 'Weerderheem' en daarna de gemeentelijke monumentencommissie onder de enthousiaste leiding van ing. Wil Coolen omgebogen in een plan het Oude Kerkhof onderdeel te laten uitmaken van het Centrumpark met behoud van de historisch en cultureel waardevolle delen en grafmonumenten. Dat plan is inmiddels gerealiseerd en op 22 mei 2007 werd een deel van het Oude Kerkhof op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Huidige ingang aan de Kerkhofstraat.Huidige ingang aan de Kerkhofstraat.

Rondwandeling: van de ingang naar de Calvarieberg

Een wandeling over de begraafplaats begint bij de vernieuwde toegangspoort aan de Kerkhofstraat, waar in 1900 de begraafplaats van de Nicolaasparochie werd aangelegd. Bij de aanleg werd gekozen voor een structuur die min of meer lijkt op de plattegrond van een kerk: zoals het middenpad in een kerk naar het altaar leidt, zo voert hier het hoofdpad naar de Calvarieberg, waar de (begraaf)plaats van de priesters is.

Het laatste graf voor de kapel is een van de oudste graven op dit deel van de begraafplaats. Het is het graf van dr. J.H. Gijrath (1816-1900), die zich in 1843 als plattelandsdokter in Valkenswaard vestigde en uitgroeide tot een prominente persoonlijkheid, diverse malen geridderd werd en ereburger van Valkenswaard en lid van Provinciale Staten was.

Dichtbij de Calvarieberg staat de neogotische grafkapel van de familie Maas-Leën, in 1914 gebouwd in opdracht van Peter Willebrordus Maas, de zoon van H. Maas (1819-1883) en P.C. Leën (1821-1890), medefirmanten van 'Lijmziederij Gebr. Maas'. Gelet op de sterfdata is het echtpaar later van het openbare kerkhof overgebracht naar de grafkelder onder de kapel, waar ook haar broer en drie van hun kinderen zijn bijgezet. Het hardstenen gebouwtje heeft een met leien gedekt zadeldak. Op de spitsbogige omlijsting van de deur staat De dood is de weg tot het leven H.Ambr. en in het interieur is te lezen Aan de grens van 't aardsche leven vangt het ware leven aan. Daarom zij ons doel en streven naar dat leven op te gaan. De gerestaureerde kapel kreeg in 2001 de status van rijksmonument.De van rijkswege beschermde grafkapel van de familie Maas-Leën.De van rijkswege beschermde grafkapel van de familie Maas-Leën.

Voor de Calvarieberg liggen de grafzerken van de pastoors Aarts († 1880) en van Sluijsveld († 1896). Ook hier gaat het om herbegravingen, want een eerste bescheiden Calvarieberg werd omstreeks 1919 opgericht en in 1932 door de huidige berg vervangen. Het ijzeren kruis met corpus is nog wel oorspronkelijk, maar de cementstenen beelden van Maria en Johannes zijn in 2009 vervangen door natuurstenen exemplaren. Het ontwerp is van architect A. Bogers uit Eindhoven. In de Calvarieberg, toegankelijk via een smeedijzeren hek, is de Begraafplaats voor Priesters, zoals ook boven de ingang staat. In grafnissen aan de zijkanten en onder het altaar, waarop een gipsen Piëta staat, liggen acht priesters begraven, voornamelijk pastoors van de Nicolaas- en Antoniusparochie. In de Tweede Wereldoorlog was de grot in de Calvarieberg de schuilplaats van een onderduiker, die een ander onderkomen moest zoeken omdat de Duitsers een onderzoek instelden op de begraafplaats, toen iemand een doos met een dode baby en een knaak onder een heg achterliet met het verzoek het kind te begraven. De uit 1932 daterende Calvarieberg met boven op de natuurstenen beelden.De uit 1932 daterende Calvarieberg met boven op de natuurstenen beelden.

Eerste klasse graven

Hoe dichter bij de Calvarieberg, hoe meer je in een geur van heiligheid kwam te liggen, maar wel tegen betaling. Hier liggen de eerste klasse graven, waaraan de hele industriële, sociale en politieke geschiedenis van Valkenswaard van einde negentiende tot en met begin twintigste-eeuw is af te lezen. Na de oprichting van de eerste sigarenfabriek van Valkenswaard in 1864 door de gebroeders van Best -we komen hen straks nog tegen- zouden er nog vele volgen. De verzamelaar van sigarenbandjes kan hier menige oprichter van bekende en minder bekende sigarenmerken terugvinden. Hendricus Kersten (1882-1954), de oprichter van de Willem II sigarenfabriek ligt er en ook Alex Wolters (1889-1954), die de Hofnarfabrieken groot maakte. Maar ook Hendrikus Jonkers (1888-1975), de oprichter van de EMA (Eerste Meierijsche Autobusdienst) ligt hier begraven evenals Jan van den Besselaar (1847-1929), die gezien wordt als de eerste schoenfabrikant. En ook de laatste valkenier, Karel Theodorus Mollen (1854-1935), heeft hier zijn graf. Plattegrond van de begraafplaats,Plattegrond van de begraafplaats,

Oorspronkelijke begraafplaats

Verder naar links ligt een nog ouder stuk geschiedenis. Het is de oorspronkelijke begraafplaats, waar zich misschien de oudste geschiedenis van Valkenswaard heeft afgespeeld en waar in elk geval al vijf eeuwen begraven is. Dit deel is nu ook een natuurmonument. Machtige beuken, knoestige acacia's, eeuwenoude esdoorns en Amerikaanse eiken filteren het licht en scheppen een serene rust. De oude graftekens die her en der verspreid staan of liggen maken er een romantisch schilderij van. In de bodem zijn de contouren van de kerk uit 1497-1500 aangegeven en daaromheen geeft een ruïneus muurtje het middeleeuwse kerkerf aan. De kerk, gebouwd in de stijl van de Kempische gotiek, was een eenbeukige kerk, het schip telde vijf traveeën en werd aan de oostzijde afgesloten met een koor en aan de westzijde met een toren. Wat nog wel overeind staat is het lijkenhuisje, maar dat is van later datum, stamt uit circa 1890 en is in 2002 gerestaureerd. In 2005 werd het ook opgenomen in het kunstwerk Tales of Endurance (verhalen die voortduren) van Paul van Osch, een serie van vijf (kerk)bankjes met op ieder bankje een regel uit het gedicht van Frans Hoppenbrouwers Berusting: De tijd is op / en legt zich neer / omarmt het lot / en voegt zich dan / naar rust en duur.Het oude lijkenhuisje met het kunstwerk van Paul van Osch uit 2005.Het oude lijkenhuisje met het kunstwerk van Paul van Osch uit 2005.

Tot 1979 lag hier een oud zerkfragment, dat uit de kerk kwam en in 1880 was opgedolven. Thans is het ingemetseld bij de ingang van de aula van de nieuwe begraafplaats. De volledige tekst, waarvan een deel mist, luidde: Hier leyt begraven Jan de Jongh secretaris van Walre Valkenswaart en Aelst en stadhouder van Kempeland. Overleeden den 31 Ianuwary 1742.

Op de rand van het voormalige middeleeuwse kerkerf, waar vroeger de doodgeboren en ongedoopte kinderen onder de heg werden begraven, werd op 13 september 2003 een monument opgericht Ter herinnering aan de kinderen die de wereld verlieten nog voordat ze erop waren. Het in 2003 opgerichte kindermonument.Het in 2003 opgerichte kindermonument.

Overgang van valkerij naar sigarenindustrie

Op dit oudste deel staan een aantal waardevolle grafmonumenten, waaronder twee gietijzeren kruisen en drie graven omgeven door een smeedijzeren hekwerk. Eén daarvan is het oudste nog aanwezige graf op het Oude Kerkhof. Sacred to the memory of Richard Hamond Esqre (...) He departed this life on the 10th day of octobre 1845 in the 73rd year of his age after a residence of 25 years in this village... staat op de grafzerk onder het wapen van Hamond, die tot de Engelse landadel behoorde en een vermogend man was. In de tijd dat Valkenswaard zijn valkennaam nog eer aandeed en overal in Europa valkeniers werkzaam waren, bracht Jan Daems in Engeland de Falconers' Club en ook Richard Hamond de kneepjes bij van het vluchtbedrijf. Na een ruzie met zijn vader, boze tongen spraken zelfs van moord, vertrok Richard naar Valkenswaard en trok in bij Jan Daems en later bij diens kleinzoon, koopman Jan van Best, aan de Markt. Hij bracht zijn tijd door met jagen en vissen. Bij zijn dood in 1845 liet hij Jan van Best het vermogen van 24.000 gulden na. In 1864 begonnen zijn zonen Jan, Jasper en Antoon met dat kapitaal een tabaksfabriek. Hun voorbeeld kreeg zoveel navolging dat er op het hoogtepunt 61 fabriekjes in Valkenswaard waren. Zo werd Richard Hamond de sleutelfiguur, die voor Valkenswaard de overgang van de valkerij naar de sigarenindustrie symboliseert.De met een hekwerk omgeven zerk voor Richard Hamond.De met een hekwerk omgeven zerk voor Richard Hamond.

Dwars door de voormalige kerk ligt een rij van acht grafmonumenten. Het zijn de graven van de familie van Best. Vader Jan van Best (1805-1871) en zijn drie zonen Jan, Jasper en Antoon met hun echtgenotes en twee kleinkinderen liggen op de voormalige algemene begraafplaats. Hun tombes weerspiegelen hun welstand als sigarenfabrikanten. Jasper trok zich al snel terug uit het bedrijf en werd later burgemeester van Valkenswaard, Jan stierf jong, waarna Antoon het bedrijf alleen voortzette. Antoon veroorzaakte nog al wat commotie met zijn boek Waarom ik niet geloof; door een gewezen katholiek. Hij werd geëxcommuniceerd door de Kerk en mocht, maar wilde ook niet kerkelijk begraven worden. Zijn graf ligt net buiten de contouren van de oude kerk! Een aantal van de graftombes van de familie Best.Een aantal van de graftombes van de familie Best.

Antoniusparochie

Op de voormalige begraafplaats van de Antoniusparochie liggen twee grafmonumentendwars op alle andere. Op beide grafmonumenten staat de familienaam van Nunen. Waarschijnlijk duidt dit op het oorspronkelijke plan de eerste klasse graven zo te situeren, maar anekdotisch wordt voor deze graven verwezen naar het regionaal bekende gezegde 'Nuenen dwèrs'. (NB. 'Nuenen dwars': Bij de bouw van de (Clemens)kerk in Nuenen kreeg men het niet voor elkaar balken naar binnen te krijgen, omdat men ze dwars hield. Tot men op een dag een vogeltje naar binnen zag vliegen met een takje recht vooruit in de bek).Beeld van de twee dwars liggende grafmonumenten van de familie Van Nunen.Beeld van de twee dwars liggende grafmonumenten van de familie Van Nunen.

Op het Antoniuskerkhof ligt ook het familiegraf Hulsbosch-Van der Sanden. In het graf ligt ook hun dochter Willy, die getrouwd was met voetbaltrainer Rinus Michels ofwel ‘De Generaal’ (1928-2005). Na crematie werd zijn as ook bijgezet in dit graf.

Na de overname door de gemeente in 1965 werd de begraafplaats nog uitgebreid met drie vakken. In de geest van die tijd werden er slechts twee typen graftekens toegestaan volgens het principe: in de dood is iedereen gelijk. Daarbij werd voorbijgegaan aan het gegeven dat een begraafplaats niet alleen voor de doden, maar misschien nog wel meer een plaats voor de (over)levenden is, die in een persoonlijk monumentje hun rouw willen uiten.

 

Praktische informatie:

adres: Oude Kerkhof, Kerkhofstraat, 5554 HA Valkenswaard

open: dagelijks 10.00 - 16.00 uur

 

Literatuur:

  • Brouwer, Rindert & Jeannette Goudsmit; Funeraire Cultuur, Regio Eindhoven, p. 50-54 (Soesterberg, 2003)
  • Coolen, W.L.P.; Het Oude Kerkhof van Valkenswaard (Valkenswaard 1999)
  • Peels,-Mollen, J.H.E.M. & F.H.H. Brom; Het oude kerkhof, in: Merckenswaert, jaargang 1993, p. 131-148
  • Besselaar, Christ van de; Een onbekende grafzerk in Valkenswaard, in: Merckenswaert, jaargang 1992, p. 110-119

 

Internet:

 

Dit artikel werd eerder gepubliceerd in het boekje Funeraire Cultuur, Regio Eindhoven, 2003. Het artikel is voor Dodenakkers.nl bijgewerkt en geactualiseerd.

 

Met dank aan Wil Coolen voor zijn correcties en aanvullingen.

 

Foto’s: Jeannette Goudsmit en Rindert Brouwer

 

Aangepast: 04 april 2024

Nieuw op de website