Skip to main content

Overijssel


Geschreven: 05 september 2009
Aangepast: 26 december 2020
Auteur: René ten Dam
Categorie: Overijssel

 

Geschiedenis

Tot 1664 deed het kerkhof rondom de Grote- of Lebuïnuskerk dienst. Het werd geruimd en tot plein gemaakt. Het kerkhof rondom de Bergkerk daarentegen is tot 1831 in gebruik gebleven, met name voor de minder draagkrachtigen. De gegoede burgerij verkoos zo veel mogelijk een plaats in de kerk. Ter illustratie: tussen 1823 en 1827 werden 87 lijken begraven in de kerk, terwijl in dezelfde periode 821 lijken op het kerkhof van de Bergkerk werden begraven.

In 1827 nam de Deventer Raad het aanleggen van een nieuwe begraafplaats ter hand. Een belangrijke vraagstuk daarbij was hoe het onderhoud en herstel van de kerkvloeren voortaan bekostigd moest worden.

De gemeente Deventer kocht buiten de stadswallen een stuk bouwgrond, in de nabijheid van de plek die dan al eeuwen bekend staat als "de Galgenbelt". De afstand naar de stad mocht niet te groot zijn, aangezien er in die tijd door de meesten te voet werd begraven. De "Hoge Hond" bleek een geschikt stuk bouwgrond (een "hond" was in die tijd een oppervlaktemaat van 100 roeden). In 1831 werd de begraafplaats in gebruik genomen. Er werden 3100 plaatsen uitgezet. De nummers 2501-3100 vormden eerst nog een apart gedeelte voor de rooms-katholieken. Als in 1869 de RK-begraafplaats aan de Ceintuurbaan in gebruik wordt genomen, worden deze graven weer vrijgegeven. In 1894 vond een uitbreiding plaats tot ruim 4100 plaatsen. Deze uitbreiding is uitsluitend gebruikt voor particulier eigen graven.

Gelijk met het in gebruik nemen van de buitenbegraafplaats werd een gedetailleerd reglement ingevoerd. Zo mochten er niet meer dan 6 personen buiten de directe familieleden aanwezig zijn bij de begrafenis. Redevoeringen houden was verboden mits na toestemming "omdat men in die tijd de nadelige gevolgen daarvan niet kan overzien". Verder mocht de opzichter geen tapperijen of drinkgelagen houden. Het gebruik van wijn, bier, sterke drank, pijpen, tabak en koek werd verboden "als te dikwijls aanleiding tot grote ongeregeldheden en vrij wat aanstoot gegeven hebben".

 


Geschreven: 23 juli 2009
Aangepast: 10 januari 2022
Auteur: Leon Bok
Categorie: Overijssel

 

Zerk_pastoor_veehofOnder die titel schreef Jan Wiefker, lid van de Heemkunde Weerselo, in 2006 een pleidooi voor het behoud van de grafzerk van pastoor Veehof. Deze zandstenen zerk dateert waarschijnlijk uit 1830, het jaar dat Veehof stierf. Zijn zerk ligt op het rooms-katholieke kerkhof van Weerselo en is daar het oudste grafmonument. Maar het behoud strekt zich niet alleen uit tot het tastbare. Veehof speelde namelijk een belangrijke rol in Weerselo tijdens de Franse overheersing (1795-1813).

 

Pastoor Veehof

Bernard Johan Veehof werd gedoopt op 4 januari 1769 in Oldenzaal. Hij was de zoon van Gerrit Jan Veehof en Janna Margaretha Hermelink. De kinderen van het gezin konden een goede opleiding genieten. Bernard werd pastoor en zijn jongere broer Michael werd stadsdokter in Oldenzaal. Voordat Veehof de pastoor van Weerselo werd, was hij kapelaan in Haaksbergen. In 1806 kwam hij naar Weerselo waar hij in de roerige dagen van het Franse regime zijn parochie moest leiden. Het waren de nadagen van achterstelling van niet-gereformeerden. Onder de Fransen was er vrijheid van godsdienst, maar in de praktijk leverde dat veel problemen op.


Geschreven: 01 november 2001
Aangepast: 25 februari 2024
Auteur: René ten Dam
Categorie: Overijssel

In 1766 overleed Israël Emanuel, de waarschijnlijke grondvester van de joodse gemeenschap in Hardenberg. Hij werd begraven op een heuvel aan de oever van de Vecht. In die jaren was er nog niet echt sprake van een joodse gemeenschap in Hardenberg en was er ook nog geen eigen begraafplaats. Een geschikte plek werd gevonden op een heuveltje buiten Hardenberg. Het heuveltje aan de oever van de Vecht leek geschikt, want bij het buiten de oevers treden van het riviertje bleef het heuveltje droog en bestond er dus niet het gevaar dat de doden door het wassende water bloot kwamen te liggen.


Geschreven: 27 oktober 2001
Aangepast: 25 februari 2024
Auteur: René ten Dam
Categorie: Overijssel

In het bos van Huize Arnichem, vlak bij Zwolle, ligt een graf met twee staande stenen verscholen. Op de voorste steen staat Arabisch schrift, de achterste steen heeft een Latijns opschrift. Er staat: 'LEPEJOU CUI ET NOMEN APOLLONATUS IN INSULA CELEBES OBIIT 23 JULY 1828' oftewel "Lepejou, die ook Apolloon wordt genoemd, is geboren op het eiland Celebes en is gestorven op 23 juli 1828".


Geschreven: 15 januari 2001
Aangepast: 12 januari 2022
Auteur: René ten Dam
Categorie: Overijssel

 

De begraafplaats Bergklooster vindt zijn oorsprong als de begraafplaats van het Agnietenklooster in 1398. Destijds werden de doden begraven in de Sint-Agneskapel, toen de enige gewijde plek. Het eerste kerkhof werd in 1399 gewijd, deze lag ten noorden van de latere kerk bij de Agneskapel, binnen de omheining van het klooster. In volgende jaren werden meerdere stukken grond gewijd om als begraafplaats te dienen. En naast kloosterlingen kregen ook buurtbewoners uit Haerst en Berkum bij het klooster hun laatste rustplaats. In het klooster leefde Thomas van Kempen, schrijver van 'De Navolging van Christus'. Bij de zij-ingang staat een gedenksteen voor hem.