Skip to main content

De funeraire plek van ... John Stienen

29 april 2023

 

“Aankondiging dat de schaarste aan levensmiddelen weldra zal voeren tot ophouden van papverstrekking en van vetvoorziening. Dit zal gelijk staan met hongersnood. Vandaag zeer koud en guur.”, schrijft zenuwarts dr. M. ten Raa op 30 oktober 1944 in zijn Journaal over het verblijf van patiënten en personeel op Groot-Graffel te Warnsveld.

Een kleine maand eerder zijn de psychiatrische patiënten van het Binnengesticht in Zutphen naar de dependance, het Buitengesticht of Groot Graffel, in Warnsveld uitgeweken vanwege het oorlogsgeweld in de stad. En dat terwijl er in dat deel van de instelling sinds meer dan een jaar al meer patiënten dan bedden zijn. Die drukte is het gevolg van de evacuatie van de psychiatrische instellingen in het kustgebied, dat wordt voorbereid op een mogelijke geallieerde invasie. Zo is ook Ten Raa in juni 1942 in Warnsveld gekomen met 200 patiënten uit Castricum. Het overplaatsen van de patiënten uit Zutphen is het begin van een ramp die zich langzaam voltrekt. In oktober 1944 verblijven er in Warnsveld meer dan 1.250 patiënten op 475 bedden. Door problemen met de voedselvoorziening en gebrek aan verwarming en stromend water neemt de sterfte in de inrichting in de maanden die daarop volgen schrikbarend toe.

Zoals in die tijd gebruikelijk beschikt de instelling in Warnsveld over een eigen begraafplaats – een apart deel van de Algemene Begraafplaats aan de Vordenseweg in Warnsveld. Er is ook plek voor de arme protestantse patiënten. Vak D. Hier wordt sober begraven. Diverse lagen bovenop elkaar. Zonder stenen ook. Zonder nummers. De overleden katholieken uit de instelling – veel minder talrijk – liggen op een belendend perceel.

Vanaf 1942, wanneer de sterfte in de instelling toe begint te nemen, neemt ook het aantal patiënten toe dat op Vak D begraven wordt: van 22 in 1942 via 41 in 1944 tot bijna 100 in het eerste halfjaar van 1945.

De instelling wordt niets gespaard: difterie, gevechtshandelingen, diarree en buiktyfus kosten in het Groot Graffel in de laatste twee oorlogsjaren zeker 80 personen het leven. In totaal sterven tijdens de oorlog in de instelling in Warnsveld aan zwakte, ouderdom, honger, verwaarlozing, epidemieën en geweld 575 patiënten – het dubbele van de vijf jaar ervoor.

De graven op Vak D liggen er nog. Zonder stenen, zonder nummers. In 2016 is er een monument geplaatst ter nagedachtenis aan het drama dat zich ruim 70 jaar eerder voltrok, aan de meer dan 200 patiënten die er tijdens de oorlog begraven werden en aan alle patiënten van de instelling die er sinds 1902 naamloos begraven zijn.

Herdenkingsmonument voor de overleden patiënten (foto René ten Dam, 2020)Herdenkingsmonument voor de overleden patiënten
(foto René ten Dam, 2020)

Eén van de bijna 600 evacués die gedurende de oorlog gastvrij werden opgevangen was Sijke van Dokkum, echtgenote van Christ Stienen uit Breda. Ze overleed op 7 augustus 1944 in Zutphen aan een longontsteking met hartzwakte. Sijke, mijn overgrootmoeder, was die week 56 jaar geworden. Ze maakte de overplaatsing naar Warnsveld en het drama van de overbevolkte instelling niet meer mee.

 

Tussen 2018 en 2020 deed John Stienen onderzoek naar het Oude en Nieuwe Gasthuis in Zutphen en Warnsveld in oorlogstijd. Door een samenloop van elkaar negatief versterkende omstandigheden was de sterfte in Warnsveld in april 1945 een van de hoogste in Nederland. Vak D is daarvan, in al zijn soberheid, een stille getuige.

 

Aangepast: 29 april 2023